Eind zonder begin

Je doet te veel met me

om niet in je op te gaan

Je aantrekkingskracht zo groot

simpelweg niet te weerstaan

Ik zie de straat oplichten

en weet jij komt eraan

Je glimlach die me betovert

waarna je me de volgende keer plots niet ziet staan

Voor mij zijn je grillen

als bladzijden van een dik boek

Wanneer ik niet ergens een hoek omsla

ben ik binnen de kortste keren alles zoek

Je afwijzingen en vleierij

slik ik als zoete koek

Steeds wanneer ik denk aan de volgende akte

valt voor mij het doek

Hoe moet ik nu weten

of je ook aan mij denkt of me direct bent vergeten

Kan ik mijn verwarmd hart koesteren

of wordt het direct gespleten

Wanneer ik denk dat we op weg zijn

vraag je plots hoe ik ook alweer heette

Is het verstandig te durven hopen

of zou ik beter moeten weten

Laat me alsjeblieft niet denken

of op zijn minst anders doen

Alsof dit gewoon een nieuw begin is

en niet iets dat volgt op eerder of op iets van toen

Wat mag ik hopen

of zelfs zoeken hierin

is dit een eerste vonkje

of een eind zonder begin